Worstenbroodje (6 rolletjes)
• 6 sneetjes witbrood
• 50 g gesmolten boter
• 6 knakworstjes
Groentequiche (4 miniquiches)
• 4 plakjes hartigetaartdeeg
• 300 g gekookte groenterestjes
• 3 eieren
• 200 ml slagroom
• 150 g geraspte harde geitenkaas
extra
• 4 lage ronde vormpjes
• boter en bloem voor de vormpjes
Minifruittaartjes (8 taartjes)
• 1 bladerdeeg op rol
• 100 g gemengd fruit
• 4 el abrikozen- of rodevruchtenjam
• 2 el rietsuiker
• gesmolten boter, om in te vetten
extra
• ronde steker van 4-5 cm Ø
• minimuffinvorm of ronde bakvormpjes
1 Verwarm de oven voor op 180 °C. Snijd de korstjes van de sneetjes brood en rol ze plat met een deegroller.
2 Bestrijk de binnenkant van elk sneetje met wat gesmolten boter en leg er een knakworstje op. Rol de sneetjes op en leg ze op een bakplaat met de naad naar beneden. Bestrijk de buitenkant met gesmolten boter. Schuif de rolletjes in de oven en bak ze in 15 minuten bruin.
1 Verwarm de oven voor op 180 °C. Smeer de vormpjes in met boter en bestuif met bloem. Bekleed elk vormpje met een plakje deeg en vul met groente.
2 Klop de eieren los met de slagroom en de helft van de kaas. Schenk in de vormpjes en bestrooi met rest van de kaas. Bak de quiches in 20 minuten goudbruin en gaar.
1 Verwarm de oven voor op 200 °C. Vet de holletjes of vormpjes in met de boter.
2 Steek 8 kleine rondjes van bladerdeeg uit en leg in elk holletje een plakje deeg.
3 Beleg de plakjes bladerdeeg met een lepeltje jam, stukjes fruit en bestrooi met wat rietsuiker. Bak de taartjes 15-20 min.