Voor 4 personen
• 4 middelgrote aardappelen, geschild en doormidden gesneden (ongeveer 800 g)
• 2 tenen knoflook, gepeld en in dunne plakjes gesneden
• 2 takjes verse rozemarijn, alleen de blaadjes
• 1 tl zoet paprikapoeder
• 1 tl venkelzaad
• 1 tl zeezout
Voor de bravassaus
• olijfolie
• 1 ui, gepeld en fijngehakt
• 4 tenen knoflook, gepeld en in plakjes gesneden
• 3 verse, rode Spaanse pepers, zonder zaadjes, grof gehakt
• 1 wortel, geschild en fijngehakt
• een paar takjes verse tijm, alleen de blaadjes
• 1 blik van 400 g gehakte tomaten
• 1 eetlepel sherryazijn
• zeezout en zwarte peper
1 Kook de aardappelen 10-15 minuten voor, tot ze zacht beginnen te worden maar nog wel hun vorm houden. Giet ze af en laat ze in een vergiet uitwasemen en afkoelen.
2 Zet intussen een pan op laag vuur en begin met de bravassaus. Doe een scheut olijfolie in de pan en gooi er als de olie goed heet is de gehakte ui en plakjes knoflook bij. Laat ze 5 minuten bakken, of tot de uisnippers zacht maar nog niet verkleurd zijn. Doe er de pepers, wortel en tijmblaadjes bij en laat ze nog 5 minuten op het vuur staan. Doe er dan het blik gehakte tomaten, de sherryazijn en een flinke snuf zout en peper bij, breng het mengsel aan de kook, draai het vuur laag en laat het 15 minuten zachtjes pruttelen tot de worteltjes zacht zijn en de saus mooi dik is.
3 Zet terwijl de saus staat te pruttelen een grote koekenpan op matig vuur en schenk er een laag van een halve centimeter olijfolie in. Snijd de aardappelen in flinke, hapklare stukken en leg ze als de olie goed heet is voorzichtig in de pan. Bak ze ongeveer 8 minuten en keer ze regelmatig om tot ze rondom goudbruin zijn. Omdat de pan tijdens het bakken nooit te vol mag zijn, moet dit waarschijnlijk in meerdere porties. Laat de laatste minuut telkens een beetje knoflook en rozemarijn meebakken.
4 Laat de aardappeltjes, knoflook en rozemarijn op een bord met een stuk keukenpapier uitlekken, strooi er het paprikapoeder, het venkelzaad en een flinke snuf zout over en hussel goed door elkaar.
5 Schenk de gekookte saus heel voorzichtig in een blender of gebruik een staafmixer, en hak hem volledig glad. Proef een likje en breng hem eventueel op smaak. Serveer de saus er in een kan naast of ga – net als ik – voor de traditionele methode en roer de aardappeltjes door de saus. Als je saus overhebt, kun je die prima voor pasta of pizza gebruiken.