1 Kook de aardappeltjes in 12–15 minuten gaar in een pan water met wat zout. Giet ze af, snijd de wat grotere exemplaren doormidden en doe ze over in een ovenschaal. Druppel er 3 el van de olie en de balsamicoazijn over, bestrooi ze met wat zout en peper, en schep ze door elkaar. Verwarm de oven voor op 200 ºC.
2 Meng de mascarpone knoflook, peterselie en geraspte citroenschil in een kom, en voeg zout en peper naar smaak toe. Maak in de zijkant van elke kipfilet een inkeping van 4 cm, schep het mascarponemengsel erin en wikkel dan 2 plakjes pancetta om elke filet. Verhit de rest van de olie in een pan op middelhoog tot hoog vuur en braad de kipfilets 2 min. per kant aan, tot ze bruin zijn.
3 Leg ze op de aardappeltjes, bestrooi ze met de rozemarijn en bak het gerecht 15 minuten in de oven, of tot de kip gaar is. Dek het gerecht af en laat het 5 min. rusten voor je het opdient.
4 PERSONEN
• 600 g nieuwe aardappeltjes
• 4 el olijfolie
• 3 el balsamicoazijn
• 4 el mascarpone
• 1 teen knoflook, geperst
• 1 el fijngehakte peterselie
• geraspte schil van 1 citroen
• 4 kipfilets, met vel
• 8 plakjes pancetta
• naaldjes van 1 takje rozemarijn, fijngehakt
