Gado Gado

Intro

Een heerlijk gado gado-recept, streetfood op z’n Indonesisch. Gado gado maken doe je van een groentesalade met warme pindasaus, die net voor het serveren over de salade gaat. De naam betekent letterlijk ‘meng-meng’ in het Indonesisch en het gerecht kent vele regionale varianten. Dit is de versie van Anna Jones – een geweldige kok, foodstyliste en culinair journalist.

Ingrediënten

2-4 personen

Voor de saus

een scheutje plantaardige olie

2 teentjes knoflook, fijngehakt

3 sjalotjes, fijngehakt

1 verse rode chilipeper, fijngehakt

200 g ongezouten pinda’s

400 ml water

50 g palmsuiker of bruine suiker

150 ml kokosmelk

3 kaffir limoenblaadjes

1 tl tamarindepasta

2 el zoete sojasaus

Voor de groentesalade

een scheutje plantaardige olie

200 g tofu, in blokjes

een handvol sperziebonen, afgehaald

2 wortelen, geschild en in dunne plakjes

een handvol taugé, gewassen en uitgelekt

Voor de garnering

4 sjalotjes, in dunne plakjes

1 el plantaardige olie

½ komkommer, geschaafd

Bereiding

1. Bak voor de garnering de 4 sjalotjes licht in de plantaardige olie tot ze bruin en knapperig zijn en zet ze even apart. Verhit voor de saus de olie in een wok, voeg nu de knoflook, sjalotjes, chilipeper en pinda’s toe en bak ze een paar minuten tot ze bruin worden.

2. Draai het hete mengsel snel door de keukenmachine, doe terug in de pan, voeg de rest van de ingrediënten voor de saus toe en laat 5 minuten zachtjes koken.

3. Verhit voor de groentesalade een beetje olie in een pan en bak de tofu knapperig. Leg de sperziebonen 2-3 minuten in kokend water en laat ze dan uitlekken. Doe de tofu, bonen, wortels en taugé in een grote kom en roer de saus erdoor. Serveer de gado gado met de geschaafde komkommer en de gebakken sjalotjes erbovenop.

Credits: fotografie David Loftus